Nationale vereniging voor mensen met lupus, APS, sclerodermie en MCTD
Open menu

Corticosteroïden

De bijnieren in ons lichaam maken een bepaald hormoon dat ontstekingen remt. Dit hormoon is ook als medicijn verkrijgbaar. Deze medicijnen heten ‘corticosteroïden’ en hebben een sterk ontstekingsremmende werking.

Bij SLE

Corticosteroïden zorgen ervoor dat het afweersysteem minder actief is, daarom is er snel resultaat. Omdat deze middelen veel bijwerkingen kunnen geven worden ze bij voorkeur alleen gebruikt bij ernstige ontstekingen, zoals ontsteking in de nieren, ontsteking in de hersenen, en ontstekingen van het hart- of longvlies die gepaard gaan met benauwdheid.

Overzicht

  • betamethason (Celestone®)
  • methylprednisolon (Depo-Medrol®, Solu-Medrol®)
  • prednisolon (Di-adreson®, Prednisolon)
  • prednison (Lodotra®, Prednison)
  • triamcinolon (Triamcinolon, Kenacort®)

Bijwerkingen

Er bestaan veel bijwerkingen. Deze zijn ernstiger wanneer de medicijnen langere tijd worden gebruikt en wanneer de dosis hoger is.

Mogelijke bijwerkingen zijn: botontkalking, hoge bloeddruk, hongergevoel, een dikkere vetlaag om de buik, ronder worden van het gezicht, diabetes, cataract, glaucoom, verhoogde gevoeligheid voor infecties en het dunner worden van de huid.

Bijzonderheden

  • Prednison wordt door het lichaam omgezet in het werkzame prednisolon. Sommige mensen kunnen dit minder goed omzetten, waardoor het middel niet goed werkt. Prednison wordt daarom nauwelijks nog voorgeschreven, artsen schrijven meestal direct prednisolon voor.
  • Methylprednisolon wordt bij ernstige ontstekingen via een infuus gegeven.
  • Omdat corticosteroïden ontstekingsverschijnselen als roodheid en zwelling onderdrukken, blijven infecties soms te lang onopgemerkt voordat zij ontdekt en behandeld worden. Wacht daarom niet te lang met een bezoek aan de arts als je denkt dat er iets aan de hand is of zou kunnen zijn.
  • Bij gelijktijdig gebruik van corticosteroïden en NSAID’s is er een verhoogde kans op een maag- zweer. Daarom schrijft de arts in sommige gevallen een medicijn voor om de maag te beschermen.
  • Het langdurig gebruik van corticosteroïden mag meestal niet ineens worden gestopt, maar moet worden afgebouwd.
  • Gewoonlijk maakt het lichaam extra bijnierschorshormoon aan bij situaties die geestelijk of lichamelijk inspannend zijn, het hormoon helpt het lichaam dan zich aan te passen aan de nieuwe situatie. Vandaar dat het bijnierschorshormoon ook wel het ‘stresshormoon’ wordt genoemd. Als iemand langdurig corticosteroïden gebruikt, is het lichaam niet goed meer in staat om de aanmaak van het eigen bijnierschorshormoon te regelen. Mensen die al lange tijd corticosteroïden gebruiken hebben in stress-situaties extra corticosteroïden nodig. Er is sprake van een lichamelijke stress- situatie bij koorts, infecties, medische (poliklinische) ingrepen, braken en diarree. Ook psychische stress-situaties komen voor, bijvoorbeeld een examen, een verhuizing of een begrafenis.
  • Bij langdurig gebruik van hoge doses corticosteroïden neemt de kans op osteoporose (botontkalking) toe. Zo nodig krijg je medicijnen die de botafbraak tegengaan. Daarnaast krijg je het advies om extra vitamine D en calcium te gebruiken en voldoende te bewegen. Beweging is belangrijk voor de botopbouw.
  • Bij mensen met glaucoom (verhoogde oogboldruk) kunnen corticosteroïden de oogboldruk verder verhogen. Je kunt dit merken aan wazig zien, minder zien, een rood of opgezwollen oog, hevige pijn aan het oog of aan het gezicht, misselijkheid en braken. Raadpleeg bij deze verschijnselen direct je arts.
  • Bij kinderen kan de lengtegroei vertragen, doordat de hoeveelheid groeihormoon vermindert. Sommige artsen controleren kinderen die dit medicijn langdurig gebruiken voor de zekerheid op lengte.
  • Overleg met je arts als je gevaccineerd moet worden. Bij vaccinatie (inenting) met levende micro- organismen, zoals BCG- of mazelenvaccin, kan een gegeneraliseerde infectie ontstaan. De combinatie wordt bij voorkeur vermeden.

Bij huidklachten

Als je huid ontstoken is, kan je arts je een zalf, crème of lotion met corticosteroïden voorschrijven. Corticosteroïden voor op de huid zijn er in vier klassen: klasse 1 is het minst sterk en klasse 4 is het sterkst.

Overzicht

  • Klasse 1 corticosteroïden
    – hydrocortison (Hydrocortison)
  • Klasse 2 corticosteroïden:
    – clobetason (Emovate®)
    – flumetason (Locacorten®)
    – hydrocortisonbutyraat (Locoid®)
    – triamcinolonacetonide (Triamcinolon)
  • Klasse 3 corticosteroïden:
    – betamethason (Betamethason, Betnelan®, Diprosone®)
    – desoximetason (Ibaril®, Topicorte®)
    – diflucortolon (Nerisona®)
    – fluticason (Cutivate®)
    – mometason (Elocon®, Mometason)
  • Klasse 4 corticosteroïden:
    – betamethason in propyleenglycol (Diprolene®)*
    – clobetasol (Clarelux®, Clobex®, Dermovate®)

*Het klasse 3 corticosteroïd betamethason werkt sterker wanneer deze in propyleenglycol is verwerkt. Betamethason valt dan onder de klasse 4 corticosteroïden.

Bijwerkingen

De bijwerkingen hangen af van de sterkte van het middel, hoe vaak het wordt gesmeerd en de grootte van het ingesmeerde huidoppervlak. Verder is de duur van de behandeling van invloed: gebruik tot drie weken geeft zelden aanleiding tot bijwerkingen, ook niet bij sterk werkzame middelen. Bijwerkingen treden meestal pas op na een aantal maanden van continu gebruik. Om bijwerkingen te voorkomen krijg je vaak ook een zalf, crème of lotion zonder werkzame stof voorgeschreven. Het gebruik van het middel met en zonder corticosteroïd moet je dan afwisselen.

Soms wordt de huid dunner door het gebruik van corticosteroïden. Je kunt dan last krijgen van blauwe plekken en bloedingen. Smeer het middel om deze reden niet op een dunne huid, zoals de huid van het gezicht of de geslachtsorganen. Ook kinderen en oudere mensen hebben een dunnere huid. Hen wordt daarom aangeraden het middel niet of beperkt te gebruiken. Stop in ieder geval direct met het gebruik als je merkt dat je hier last van hebt.